
Deel 7 - Dubbelspion
Ontmaskering.
Het verhaal speelt zich af in een fictieve wereld, waarin Skrya haar geheime dienst Skrypol inzet om bij de vijand, de Pentaanse federatie, te infiltreren. De geheime dienst, Skrypol, besluit om het hoofd van de Pentaanse contraspionage, Sheerin Antau, te vervangen voor een infiltrant.
Want ondanks dat Sheerin Antau in werkelijkheid voor Skrya werkt, heeft men twijfels aan zijn loyaliteit en verdenkt men hem van dubbelspel. Zijn gezondheidstoestand is ook niet al te best. Daarom wordt subject 312, een ontvoerde Pentaniër, ingezet als vervanger. Het geheugen van deze Pentaniër wordt gewist en zowel psychisch als ook fysiek wordt hij aangepast om voor Sheerin Antau door te gaan.
Beluister deel 7 en lees het script op deze pagina mee.
Selecteer een deel.
De rolverdeling van deel 7.
Ton Kuyl | Protector, dictator van Skrya |
Gerard Hartkamp | Marakosh, hoofd van Skrypol |
Wam Heskes | Medico Lorin |
André van den Heuvel | Sheerin 1 en 2 |
Fé Sciarone | Lielée, secretaresse van Sheerin |
Maxim Hamel | Treponets, chefstaf |
Herman van Eelen | Vaani Sotar, chef spionage |
Frans Koppers | Majoor Bérlamon |
Luc Lutz | Kwentis, assistent van Sheerin |
Hans Veerman | Een man |
Dick van 't Sant | Een man |
Auteur: | Carl Lans |
Regie: | Léon Povel |
Omroep: | KRO |
Dit deel is uitgezonden op: | 08-12-1963 |
Het script van deel 7.
Het script is voor u uitgeschreven door Herman en Marc Van Cauwenberghe.
Protector: Het is 'm dus gelukt! Sheerin 2 heeft z'n al te nieuwsgierige assistent uitgeschakeld.
Marakosh: Beter dan dat, kameraad.
Protector: Sheerin heeft hem volkomen in de hand gekregen. Als die Kwentis ook maar één mond zou opendoen over Sheerin, dan breekt hij z'n eigen carrière.
Protector: Erger dan dat, z'n nek. Vergeet niet: hij was op z'n eigen houtje in onderhandeling met ons. Sheerin heeft 'm daar mooi laten in trappen. Als dat uitkomt, is Kwentis geblameerd en een Familieblaam in Pentanië is praktisch een doodvonnis.
Marakosh: Inderdaad, Sheerin 2 is een uitnemende vervanger voor die vorige glibberige Sheerin Antau. Jammer dat we die niet na z'n afscheid onmiddellijk onschadelijk konden maken. Het gevaar met een handlanger die tegelijk een topfunctie heeft bij de vijand! Daardoor had die Sheerin Antau tenslotte een praktisch complete lijst van onze belangrijkste saboteurs in Pentanië. Hij heeft ze daar zelf voor ons geplaatst. Als we hem met één vinger aanraken, dan komt die lijst tevoorschijn, kunnen wij onze hele invasie wel opdoeken.
Protector: Maar hoe komt die lijst tevoorschijn? Eh... hebben uw ploegen in Pentanië nog verdere inlichtingen verzameld over dat dodemanscontact?
Marakosh: Onze groep in de hoofdstad Yalo meent dat die lijst moet zijn toegespeeld aan een notar. Een notaris.
Protector: Nou, dat is al wat.
Marakosh: Maar het is zo: alleen al in Yalo zijn bij de 1300 notars. Die lui in Pentanië zijn verzot op de meest ingewikkelde testamenten.
Protector: Ja, allicht, in zo'n land waar familiekwesties boven alles gaan. Nee, aan 1300 notars, daar valt niet aan te beginnen.
Marakosh: En Sheerin Antau heeft ervoor gezorgd dat hij persoonlijk die notar niet kent, en ook niemand kent die Sheerin Antau kent. Hoe kunnen wij het dan ooit uit hem persen?
Protector: En uw mensen in Noord-Pentanië bij Tryllis?
Marakosh: Staan op een andere manier voor dezelfde moeilijkheid, kameraad Protector. De echte Sheerin woont rustig op zijn ouderlijk landgoed. Zijn toestand gaat langzaam achteruit en het hele dorp weet dat via de oude dorpsmedico, Lorin, die hem elke dag bezoekt. Geen wonder: de Sheerins zijn de notabelen uit die streek.
Protector: En iemand onder al die informerende dorpsbewoners is het contact?
Marakosh: Stellig een verbrekingscontact. Ik ben er zeker van dat zo gauw de patiënt de behandeling onderbreekt ergens in Tryllis iemand dat hoort en de notar in Yalo daarover bericht stuurt. En dat is het sein.
Protector: Ja, misschien kunnen we die ouwe medico dwingen.
Marakosh: Ik vrees van niet, kameraad Protector, dat contact is daarvoor vast te scherp ingesteld. Zelfs als die medico plotseling zou ophouden met babbelen of een bedreigde onnatuurlijke indruk zou maken, dan kan de zaak al ontploffen.
Protector: Ja... Enfin, één troost hebben we: Sheerin Antau heeft die voorzorgen tegen ons alleen genomen om zich van een ongeblameerd rustig sterfbed te verzekeren. Zolang wij dus niets ondernemen, zal hij dat contact heus niet verbreken. Hij zal die medico elke dag trouw laten komen.
Lorin: Tja, meneer Antau, ja, als u mij elke dag laat komen, dan moet uw familie ten slotte toch begrijpen hoe het er met u voorstaat. Bovendien, waarom goeie kredits aan honorarium betalen die u beter kunt uitsparen, hai? Ik kan u evengoed aan een voorraadje pijnstillende middelen helpen.
Sheerin 1: Nee... Ik heb niet lang meer te leven, ik weet het, Lorin. Mijn omgeving hoort aan me dat ik een kwaal heb. Als u niet meer kwam, zouden ze begrijpen hoe het er met mij voorstond.
Lorin: Mm, mm.
Sheerin 1: Ja. Mijn oude moeder is half blind, m'n vader ziekelijk. Ja, ik ben hun enige hoop sinds...
Lorin: Ja, een paar maanden geleden. Mevrouw Bliëte, ja, ze is de slag nog nauwelijks te boven. Ja, wat een slag.
Sheerin 1: Ja. U ziet waarom u elke dag mij moet bezoeken. Eh... overigens, is eh... is er nog belangstelling in... in het dorp?
Lorin: O ja, iedereen vraagt naar u. Uw familie is de oudste, ja, en edelste van heel Maneeto.
Sheerin 1: Ja.
Lorin: Geen wonder dat meeleven een paar maanden geleden bij die verschrikkelijke ramp. En hoeveel mensen mij nu weer niet aanklampen. Ik zeg dan: "Hij gaat vooruit, Sheerin Antau, hij gaat vooruit." Ja, wat moet ik anders zeggen, hai?
Sheerin 1: Ja.
Lorin: Ach ach ach ach... Wel, ik ga dan maar weer. Leef lang.
Sheerin 1: Ja. Eh... leef lang...
Sheerin 2: Hoe lang? Wel, zolang beschermd tegen liquidatie, of Familieblaam. Komt tenslotte toch op hetzelfde neer. Ah... grapjassen, daar tussen die bomen, ik zie jullie verrekijker wel. Die lens glimt in het licht. Jullie weten waarom Lorin elke dag moet komen. (lachje) Skrypol kan lang zoeken voor ze m'n contact vindt. Hun angst is dat mijn opvolger in Yalo wordt ontmaskerd. Dan valt alle blaam op mij en Skrypol weet wat er dan gebeurt. De valse Antau zit nu aan mijn bureau, op mijn stoel daar. Als hij één fout maakt, wordt hij ontmaskerd... Ja...
Sheerin 2: Ach ja, die stoelplakkerij, Lielée. Mappen, dossiers, rapporten, berichten, tapes, en buiten het helderste winterweer met iets van het voorjaar in de lucht.
Sheerin 2: Lielée antwoordde niet. Ze typte. Had mij vermoedelijk niet verstaan.
Sheerin 2: 't Is weer om te jagen in de bossen of te vissen in Maneeto. Hè? Ah... Volgende zaak: dossier F. (zoemer) Ah...
Lielée: (schakelt in) 't Is voor u. Zonder beeld.
Sheerin 2: Ah?... Ja?... Ja... Mm?... Eh... goed, dan zal ik komen... Wat?... Zij ook?... O. Ja, da's moeilijk, ik zit wat onbemand. Mijn onderchef Kwentis is eh... Hij... hij is hier niet, nee. Och, ja... Ja, als u erop staat, generaal Tréponets, ja, dan sluit ik hier alles af, schakel het toestel op cryptografie, hiernaast... Goed, tot straks. (schakelt uit) Wel, op naar de zoutmijnen, Lielée. Pak je spullen, blocnotes... Besprekingen op de Staf.
Sheerin 2: Kwentis was weg, ziek gemeld. Het gaf me enige speling om zijn terugplaatsing naar Vaani Sotar te regelen. Ik snakte ernaar om van het bureau weg te komen. En toch... De besprekingen... nee, 't kwam mij niet gelegen. Maar ik kon d'r nu niet bij stilstaan.
Lielée: Ik moet... dus mee?
Sheerin 2: Ja, ja, ze willen je charme niet ontberen daar.
Sheerin 2: Lielée leek evenmin erg enthousiast, maar ook daar stond ik niet bij stil... Onderweg zwegen we. Ik keek naar haar, tersluiks, naar haar fraai gevormde lippen, wenkbrauwen, haar ernstige grijze ogen. Vijfentwintig jaar. Kwentis was zesentwintig. En plotseling zag ik het: Lielée was gespannen. Voelde zij intuïtief dat er met Kwentis iets niet in de haak was? Of... wist ze iets?
Sheerin 2: (kucht) Trek het je niet aan, Lielée. Hij komt wel weer terug.
Lielée: Ja...
Sheerin 2: Ze keek me slechts even aan, maar het was voldoende. Lielée wist iets. Onder haar rustige zelfverzekerdheid woelde angst. Angst die toenam naarmate we ons doel naderden. Angst om Kwentis. Angst omdat de generaal Tréponets stond op haar tegenwoordigheid. En vrees voor hetgeen ik zou kunnen vertellen. Ik was bijna blij toen we op de Staf waren. Behalve generaal Tréponets en de officier Bérlamon was er ook mijn collega Vaani Sotar. Men had blijkbaar op ons gewacht. Tréponets opende aanstonds de bespreking.
Tréponets: Heren, er lijkt een vreemd situatie gerezen. Daarom heb ik u samengeroepen. Dit op speciaal verzoek van de chef van onze buitenlandse dienst, Vaani Sotar.
Sheerin 2: Dat was merkwaardig. En ik voelde trouwens iets in de sfeer dat mij niet beviel.
Tréponets: Het is thans bekend wat er stak achter die zogenaamde valsemuntersaffaire: een list om ons het tijdstip van de Skrytische aanval te suggereren, waarop wij in allerijl onze defensieve opstellingen hebben ontplooid. Via luchtverkenning kwam de vijand onze opstellingen even gemakkelijk aan de weet alsof wij onze schema's linea recta naar Skrya hadden gezonden. In deze zaak heeft de heer Sheerin Antau als chef van ons Afweerbureau een belangrijke rol gespeeld, evenals in zoveel andere zaken. De meest recente is de zaak Boratis, bekend als een vijandelijk koerier die vermoedelijk informaties naar Skrypol-groepen hier in Pentanië moest brengen. Ook deze zaak is ongunstig afgelopen. Ik heb begrepen, meneer Sheerin, dat Boratis u ontsnapte?
Sheerin 2: Ontsnapte? (kucht) Een enigszins verwikkelde zaak, generaal Tréponets. Ik ben er nog niet mee klaar.
Vaani Sotar: De bijzonderheden zouden ons kunnen interesseren.
Tréponets: Ja, het is meneer Sheerins recht te zwijgen zolang een zaak nog loopt.
Vaani Sotar: En wie mag beoordelen hoe lang een zaak loopt, hai?
Sheerin 2: Ik ben de laatste tijd weinig fortuinlijk geweest, generaal. De kennelijke interesse van mijn collega Vaani in de details van mijn falen kan ik begrijpen. Zo zou ik op mijn beurt graag eens iets meer willen horen over de details van zijn successen.
Vaani Sotar: Dat is wel... Dat is toch...
Sheerin 2: Nou, stel je gerust, Vaani. Ik besef dat uw taak in Skrya agenten binnen te smokkelen onmogelijk zwaar is. Aan de andere kant dient u te begrijpen dat dit alles op ons thuisfront, mijn Afweerdienst, een zwaardere taak legt en ons minder tijd laat ons te weren tegen aanvallen in de rug.
Sheerin 2: Terzijde keek ik naar Lielée. Zij had haar schrijfstift op het papier, maar noteerde niets.
Tréponets: De taak van onze Intelligence - waartoe u en de heer Vaani Sotar gelijkelijk behoren - is zwaar en elke animositeit is ongewenst. Een vertrouwenscrisis onder ons zou Skrya slechts in de kaart spelen. En juist om zo'n vertrouwenscrisis te voorkomen heb ik dus deze bijeenkomst belegd, op verzoek van Vaani Sotar. Het woord is aan u, Vaani.
Vaani Sotar: Dank u, generaal. Dan kom ik terug op die zaak van gisteren, Boratis. Ben ik goed ingelicht, dan heeft de Afweer Boratis laten ontsnappen. Niettemin weet de heer Sheerin precies waar Boratis zich bevindt.
Bérlamon: Dan heeft Sheerin dus gelijk dat die zaak nog loopt.
Tréponets: En waar hij zich bevindt, laat u iedereen arresteren?
Vaani Sotar: Waar Boratis zich thans bevindt, generaal, valt niets te arresteren. Boratis bevindt zich in een... doodkist. In het lijkenhuis.
Tréponets: Hè? Wat zegt u nu? En hoe weet u dat?
Bérlamon: En van wie?
Vaani Sotar: Hoe ik dat weet? (kucht) Op een eigenaardige manier. Gisteravond laat werd ik opgebeld door een... door een persoon, die mij een verhaal vertelde, zo merkwaardig, heren, dat ik zelfs nu nog niet weet wat ervan te denken. Deze persoon lichtte mij eveneens in over het lot van Boratis. Dit heb ik gecontroleerd en het is juist.
Tréponets: Ja, maar dan stelt u dus de vertrouwenskwestie?
Vaani Sotar: Mogelijk, maar nu nog niet, generaal Tréponets. Ik heb de zegsman in kwestie meegebracht. Mag ik even? (schakelt in) Ja, wachtkamer? Brengt u de persoon binnen. Mooi. (schakelt uit)
Sheerin 2: Gelukkig had Vaani, theatraal als hij was, zijn scène even theatraal opgebouwd en mij daardoor tijd gelaten mij te herstellen van een schok die mij aan de rand van paniek bracht. In mijn plan met Kwentis moest iets grondig scheef zijn gegaan. Kwentis had zich tegen elke verwachting in tot Vaani Sotar gewend, had gesproken. Ik wist: hij ging erop of eronder. En ik bereidde mij voor op het scherpste duel in mijn carrière als Skrypol-agent. Toen Kwentis binnenkwam, had ik mijn kalmte herwonnen. Ik zag terstond dat hij onzeker was, aarzelde, alsof hij op dit kritieke moment aan zichzelf twijfelde, en ik begreep: Kwentis had zijn kaarten te vroeg op tafel gelegd. Daarin lag misschien mijn kans.
Vaani Sotar: U kent allen de heer Kwentis, administratieve onderchef van de heer Sheerin? (instemming)
Sheerin 2: Ja, eh... gewezen onderchef, waarde Vaani. Ja... Wel, Kwentis, ondanks je ziekte kon je niet wachten tot ik je overplaatsing had geregeld?
Tréponets: Meneer Kwentis, u had ons zekere... onthullingen te doen over de kwestie Boratis?
Kwentis: Eh... ja, generaal, inderdaad. Maar ik heb het toch allemaal al verteld aan meneer Vaani? Mijn mening is dat eh... meneer Sheerin hier helemaal niet is wie hij is. Ik bedoel: iemand anders is. En als dat zo is - en ik ben er zeker van - dan... ja, dan...
Vaani Sotar: Dan is dit wel een kwestie voor deze Staf, Kwentis. Daarom heb ik je dan ook hier laten komen.
Sheerin 2: Voor de Staf, Vaani? (lachje) Ach, vriend, Kwentis... je hebt wel zeer voorbarig gehandeld. Opnieuw. Je bent geheel van streek. Ja, heren, sommige mensen willen niet gespaard worden. En mijn jonge vriend behoort tot diegene. In zijn onervarenheid heeft hij zich tegen mijn opdracht in in deze Boratis- affaire gestoken en... zich enigszins erin verwikkeld. Kijk, ik wilde hem sparen en ving zijn misslag op. Daarna wilde ik hem geruisloos terugplaatsen naar Vaani. (lachje) Vaani houdt wel van drama, heeft daar vermoedelijk ook meer tijd voor dan wij van Afweer. Enfin, dat is eigenlijk alles.
Vaani Sotar: Mij, zegt u? Mij een afdankertje van Afweer toe te spelen?
Sheerin 2: Eh... niemand dwingt u hem te nemen. Hij heeft domheden begaan gisteren, eh... gevaarlijke zelfs, maar durft het feit niet onder ogen zien. Dus probeert hij iemand anders verantwoordelijk te stellen. Trouwens, ja, u hoeft 'm maar aan te kijken... Kwentis is geen geval voor de Staf, mijne heren, maar voor een psychomedico.
Kwentis: Voor de psychomedico?! Ik ben niet krankzinnig! Wat denkt u wel? De zaak die is krankzinnig, ja. Dat een ondergeschikte de Staf moet komen vertellen wat iedereen met ogen in z'n hoofd heeft kunnen zien, namelijk dat deze zogenaamde meneer Sheerin - nota bene hoofd van onze Afweerdienst! - in werkelijkheid iemand anders is. Een bedrieger, die mijn stommiteiten heeft aangegrepen om... om van mij een handlanger te maken.
Tréponets: Ja, maar u wilt toch niet gaan beweren...
Kwentis: Dat deze meneer Sheerin Antau een Skrypol-agent is? Dat is juist wat ik wel beweer.
Tréponets: Heren! Maar... maar bij de Federatie zoiets beweren, dat... dat... dat...
Sheerin 2: Door Kwentis te prikkelen op een ogenblik waarop hij er niet op was voorbereid, had ik 'm ertoe gebracht de anderen tegen zich op te zetten. Ik zag de sluwe vos Vaani Sotar, die toch reeds één been aan de veilige oever had gehouden, het andere voorzichtig van het zinkende schip terugtrekken.
Vaani Sotar: Eh... verontschuldigt u mij, generaal, ik had de heer Kwentis natuurlijk hier niet geïntroduceerd om beschuldigingen rond te slingeren.
Tréponets: De man is gek, ja. Straks, meneer Kwentis, gaat u nog beweren dat meneer Sheerin een Skrytiër is. Kom, kom.
Bérlamon: Ja, een Skrytiër van 1,90 meter nog wel.
Kwentis: Daarvan heb ik niets gezegd. Alleen dat meneer Sheerin niet dezelfde is als vroeger. Misschien een andere Pentaan.
Bérlamon: (lachje) En die misschien ook Sheerin heet?
Tréponets: Ja, wat is dat allemaal voor verdraaide nonsens?
Sheerin 2: Weet u, generaal, de hele kwestie doet me denken aan een anekdote over een geleerde bij ons in Maneeto. Kijk, de man besteedde namelijk dertig jaar aan een studie waarin hij trachtte aan te tonen dat het klassieke werk "Seegmarit" helemaal niet was geschreven door de legendarische Perseelox, maar door een andere Pentaniër, mijne heren. Van dezelfde naam! (gelach)
Sheerin 2: Maar twee waren er die niet lachten: Lielée, over haar lege blocnote gebogen, en Kwentis. Ik had dezelfde fout gemaakt als Vaani: ik had 'm tijd gegeven. Zijn gelaatsuitdrukking van woede en verbijstering had plaatsgemaakt voor een verbitterde vastberadenheid.
Kwentis: Mijne heren, deze zaak is of belachelijk of dodelijk. U hebt gelachen, maar nu de andere kant. De fouten die ikzelf heb begaan, is een zaak apart, maar ze leidden mij tot de overtuiging dat...
Bérlamon: Ja, die bewering hebben we al gehad.
Kwentis: Een bewering, meneer Bérlamon, die op feiten berust.
Bérlamon: (lacht)
Kwentis: Ja, als u ook geen interesse hebt in feiten, dan kan misschien de president Moclas de nodige rust opbrengen om mij vijf minuten aan te horen. En in het ergste geval de pers, bijvoorbeeld "De Vrijheid".
Tréponets: Ja, wilt u zo goed zijn af te zien van bedreiging en chantage?
Kwentis: Zo gauw u mij tot de zaak laat komen waarvoor ik hier ben geroepen.
Sheerin 2: In feite bewonderde ik Kwentis. Eerzuchtig, ja, maar tenslotte een patriot die alles op het spel zette om zijn vaderland van mij te bevrijden.
Kwentis: Er is een haast onafzienbare reeks kleinigheden die ik u ga voorleggen. Om te beginnen de resultaten van onze Afweerdienst. Ze zijn in hoofdzaak teleurstellend. Op een of andere manier missen we steeds de belangrijke zaken. Of ze draaien in ons nadeel uit. Zie die valsemunterskwestie, waar we volledig zijn in getuind.
Tréponets: Mm... mm... mm...
Kwentis: En, mijne heren, dit alles zegt volstrekt niets. Dat wil zeggen: op zichzelf genomen. Net zo min als punt 2. Op een bepaalde avond, niet zo lang geleden, reed meneer Sheerin Antau - anders de voorzichtigheid in persoon - zonder chauffeur, dus alleen, van het bureau naar huis. De volgende dag is zijn heesheid plotseling over. Verder. Hij noemt zijn secretaresse mejuffrouw Podrassi vanaf dat ogenblik niet meer Lie, maar voluit, Lielée. Maakt haar niet meer het hof, is voortaan alleen hoffelijk.
De punten 3 en 4 dus, heren, die op zichzelf ook al niet schokkends inhouden. Zomin als punt 5, waaraan ik nu toe kom. Via mejuffrouw Podrassi hoorde ik dat het u allemaal was opgevallen dat deze meneer Sheerin zich tweemaal opmerkelijk vergiste bij z'n ontmoeting hier met de bankexpert Lietaar. Hij herkende zijn gezicht, maar ze hadden elkaar nog nooit gezien. Toen herkende hij z'n stem, maar hij had die nog nooit gehoord.
Tréponets: Ja, men ziet, als men ouder wordt de mensen meer en meer in type, en wat stemmen betreft eh...
Kwentis: Ja, wilt u hier iets tegen in brengen, meneer Sheerin?
Sheerin 2: Welnee, welnee, wat u zegt is volkomen waar, en boeiend.
Kwentis: Het meeste boeide mij het feit dat, met uw geheugen en uw stem, ook een verandering in uw hele persoonlijkheid zich scheen te hebben voorgedaan.
Tréponets: Ja, we veranderen allemaal, zeker in tijden als deze.
Kwentis: Maar meneer Sheerin niet, generaal. Daar was hij de man niet naar. Intelligent genoeg, ja, maar als mens oppervlakkig, ja. Los, en kleverig met vrouwen. Achterdochtig. Zelfs wat eh... kruiperig. Neem me niet kwalijk.
Sheerin 2: Volstrekt niet.
Kwentis: U hebt er ook niet de minste reden toe. Mejuffrouw Podrassi Lielée, zijn secretaresse, aan wie hij zich vroeger vergeefs opdrong, had een instinctieve afkeer van hem, maar plotseling maakte hij op haar een veel meer menselijke, meer sympathieke indruk. Kan ik nog duidelijker worden?
Tréponets: Ja, vrouwelijke intuïtie. Mejuffrouw Podrassi?
Lielée: Ja, generaal?
Tréponets: Hebt u zo'n overgang geconstateerd van karakter?
Lielée: Geconstateerd? Ik voelde 't meer. 't Is misschien tijdelijk.
Bérlamon: Dan kan het bijvoorbeeld evengoed een verandering in juffrouw Podrassi zijn als in haar chef.
Lielée: Ikzelf sta er buiten.
Tréponets: Ja, hoe zit het nu eigenlijk?
Kwentis: Mejuffrouw Podrassi constateerde een verandering in de persoonlijkheid van Sheerin, en wel zo duidelijk dat ze hem naar de oorzaak vroeg. Zo zit het. En Sheerin ontkende het niet, heren. Dit was punt 6.
Tréponets: Misschien had die verandering dan een natuurlijke oorzaak, meneer Sheerin?
Sheerin 2: Naar mijn mening mag Kwentis dit zelf beoordelen.
Sheerin 2: Elk verweer van mijn kant zou mij psychologisch in de positie van de beschuldigde brengen. Zo lang mogelijk moest ik mijn status van geïnteresseerd toehoorder behouden, een beslissing die een ogenblik later de enige juiste bleek te zijn.
Kwentis: Beter kan mejuffrouw Podrassi u objectief inlichten over zijn antwoord op haar vraag welke oorzaak zijn verandering had.
Lielée: Meneer Sheerin vertelde mij dat zijn enige broer in Noord-Pentanië was gestorven. Mogelijk heeft dat 'm aangegrepen.
Kwentis: Juist. Maar, heren, wat deze meneer Sheerin er niet bij vertelde, was dat die broer al twee, ja meer dan twee maanden tevoren was overleden. (verbazing)
Lielée: Wat?
Kwentis: Eén telegrammetje van mij naar de bevolkingsmagistraat van Tryllis was voldoende. Deze heeft toen zoals gebruikelijk ook meneer Sheerin een officieel bericht gestuurd. En thans, twee maanden later, wordt meneer Sheerin daardoor hevig geschokt, zo hevig dat hij dingen vergeet die hij hoort te weten, zich dingen die niet bestaan herinnert, en plotseling een andere persoonlijkheid verkrijgt. En tot zover dan punt 7.
Maar we zijn er nog lang niet. Bijvoorbeeld punt 8. Bij een bloedtransfusie maakte hij zich zorg dat het nummer van de bloedgroep dat op zijn officiële identiteitskaart stond verkeerd zou kunnen zijn. Merkwaardig, hai? Punt 9. Hij herinnerde zich niet dat hij in zijn jeugd een oorcorrectie had gekregen. Ja, hoe is 't mogelijk? En punt 10: uit zijn reacties maakte mejuffrouw Podrassi die hem bezocht op dat hij daarentegen geloofde dat hij een veel ingrijpender gelaatsverfraaiing had ondergaan, maar let wel, volgens de behandelende medico was er verder niets bijzonders aan z'n gezicht veranderd. (verbazing)
Ja, nu punt 11, heren. Bij de soiree in de Skrytische ambassade nam een persfotograaf een foto van meneer Sheerin, in z'n incognito van fabrikantenzoon. (rumoer) Juist! Voor hem in z'n kwaliteit van chef Afweerdienst volstrekt ontoelaatbaar, inderdaad. En wie stond er toen voor hem op de bres? Wie nam de camera in beslag? Wie verwijderde het negatief? Wie wilde onze Afweer-officier blijkbaar tegen publiciteit beschermen? De Skrytische ambassadeur, heren, die de laatste zou moeten zijn om Sheerins incognito te dekken. Een belangrijk punt.
Tréponets: Ja ja ja ja, maar wacht eens, die opname werd gebruikt als herkenningsfoto bij een aanslag die dezelfde avond op 'm is gepleegd. Juffrouw Lielée was daar ook bij, meen ik.
Kwentis: Juist! Maar die hele aanslag was een noodsprong, heren, geënsceneerd. Om een draai aan de blunder te geven in Sheerins voordeel.
Tréponets: Ja ja ja ja, met uw welnemen, meneer Kwentis, dit wordt toch een beetje al te zot.
Kwentis: Ja, en het wordt nog veel zotter, generaal Tréponets, wanneer ik u vertel hoe die aanslag mislukte. Zoals een noodmaatregel, te haastig in elkaar gezet. Men maakte een fout. De man die het doen moest, had alleen opdracht even z'n stiftlantaren op Sheerin te richten en dan weg te rennen. Meer wist hij kennelijk niet. Dus ook niet waarom. Meneer Sheerin bracht toen vermoedelijk zelf een springpatroon in de auto tot explosie, zodat het moest lijken of de aanvaller die had geworpen.
Maar als dit waar was, als die aanvaller de springpatroon had gegooid, waarom dan verbaasde die man zich dan zo over de explosie dat ie bleef staan en z'n handen omhoog stak! Hiervoor is maar één verklaring: die handlanger, die van niets wist, meende simpel dat Sheerin een schot op hém had gelost, wat bewijst dat de man geen springstof kon hebben geworpen. Daardoor wordt dus het ensceneren van die aanslag bewezen, en daaruit volgt het bewijs van z'n bijzondere connecties met de Skrytische ambassade!
Tréponets: Tja... het is allemaal... nogal moeilijk te verwerken.
Vaani Sotar: Dat voorspelde ik u al, generaal. De zaak is interessant.
Tréponets: Interessant? Heel zeker, ja.
Kwentis: U... u vindt ze dus al "interessant", hai? Wel, we gaan vooruit. Maar behalve interessant is ze goor, en smerig.
Bérlamon: U gebruikt wel grove woorden.
Kwentis: Vindt u dat? Zo? En waarom doet die meneer Sheerin dan niets anders dan z'n handen wassen zo vaak ie maar kan? Hij doet smerig werk, in strijd met z'n eigen persoon. Hij is niet de man voor dergelijk werk. Iemand heeft 'm daartoe genoodzaakt. De echte Sheerin Antau, een glasharde egoïst - hij zal wel geliquideerd zijn, ja - die had het kunnen doen. Als ie maar de lef d'r voor had voor kunnen opbrengen. Maar hij bezat nog geen fractie van de enorme durf van deze Skrypol-agent die zich Sheerin noemt, maar het niet is.
Sheerin 2: Blij te horen dat ik er toch ergens op ben vooruit gegaan, Kwentis.
Kwentis: Maar z'n grootste misslag beging hij gisteren, bij die Boratis-zaak, waarin ik me had gestoken. Hij trachtte mij te blameren en mij dan als handlanger voor z'n verraderlijke affaires te kunnen gebruiken.
Bérlamon: Ja, maar wie zegt dat? Kwentis heeft tenslotte zichzelf geblameerd, dat is wel duidelijk.
Kwentis: Geef ik ook toe.
Bérlamon: Juist! En Sheerin heeft u Familieblaam proberen te besparen door dat alles onder vier ogen met u af te doen.
Tréponets: Beseft u wel, Kwentis, dat uw eigenmachtige acties in die zaak Boratis uw hele toekomstige carrière kunnen breken?
Kwentis: Ik... ik stelde me... er veel van voor, generaal, maar liever een gebroken man dan een verrader. Ik ging dus naar Vaani Sotar en vertelde hem alles.
Tréponets: Maar u riskeerde toch veel meer dan een carrière,
Kwentis: de ernstigste Familieblaam!
Kwentis: En dat is nu precies, generaal Tréponets, waarop deze meneer Sheerin had gespeculeerd, waarmee hij mijn stilzwijgen wilde afdwingen, mij in z'n macht krijgen. Om mij Familieblaam te besparen. Doch waarmee hij mij definitief bewees niet de echte Sheerin Antau te zijn! Die wist wat u niet wist, en wat deze meneer niet wist, namelijk dat ik van Familieblaam geen enkel gevolg heb te duchten.
Bérlamon: Waarom niet?
Kwentis: Omdat ik geen familie heb!
Sheerin 2: De stilte die op deze uitroep volgde, was benauwend. Ik was in een val getrapt. Ik had dit feit behoren te weten. Een afgrond opende zich voor mij. Vaag hoorde ik Tréponets iets zeggen.
Tréponets: (kucht) Dus eh... volgens u moet deze man hier zijn...
Kwentis: ...een agent van Skrypol. De oorspronkelijke Sheerin Antau moet uit de weg geruimd zijn. In zijn plaats is deze man gekomen.
Bérlamon: Uit Skrya? Van zijn type?
Kwentis: Eerlijk, dit is het enige punt waar ik niets van begreep. Hoe hebben ze daar tussen al die korte zwarte kerels er één kunnen vinden die alle kwaliteiten bezit van deze agent? Die tevens zo op de echte man lijkt.
Tréponets: Ja, met dit punt staat of valt alles.
Kwentis: Ik heb mij er het hoofd over gebroken, generaal. Er is maar één hypothese waar alles in sluit, hoe onmogelijk ze ook lijkt: deze man, die de rol van Sheerin Antau speelt, kan geen Skrytiër zijn.
Tréponets: Maar wat dan?
Kwentis: Een slachtoffer van Skrypol, aan wie een nieuw gelaat, ja, wie weet een nieuw verleden is opgedrukt. Een man, generaal, ontvoerd van hier, uit Pentanië.
Sheerin 2: Met een verpletterende slag vielen alle puzzelstukken samen, stukken van mijn raadsel dat ik had weggedrongen. Dit, dit was de verklaring van alles. Ja, ook van de alcoholkwestie, mijn parachutistenervaring, de afschavingen aan mijn tanden, van Morila, een schijnherinnering die ik bleek te delen met een dertig jaar ouwere man, de dode Boratis. De conclusie die ik zelf niet had durven trekken, lag voor mij, onontkoombaar. Een Pentaan... Ik was een Pentaan. Een ontdekking die ik had te danken aan de eerzuchtige maar loyale Kwentis. Maar tevens te wijten, want op dit ogenblik stond juist daardoor mijn leven op het spel.
Vaani Sotar: En juist deze mogelijkheid, generaal, juist deze bewoog mij ertoe de zaak hier voor te leggen. Ik heb namelijk bij geruchte gehoord dat Skrypol in Ana Korasha over een of ander laboratorium moet beschikken dat tot dergelijk soort hersenspoelingen in staat zou zijn, over technieken moet beschikken om iemands geheugen uit te blussen, hem een nieuw verleden op te drukken, totaal veranderen.
Sheerin 2: Ik moest snel zijn. Dit was het moment om nog iets te redden. Met grote krachtsinspanning hervond ik mijn vorm.
Sheerin 2: Ja, als eh... als herontdekte Pentaan - ja, ja, ik vreesde even dat ik een Skrytiër was - ben ik niet eh... niet zonder bewondering voor de scherpe deducties van mijn voormalige assistent, de heer Kwentis.
Tréponets: Maar, u bent het, neem ik aan, toch niet met 'm eens?
Sheerin 2: Integendeel, volkomen.
Bérlamon: U zegt?
Tréponets: U geeft alles toe?
Sheerin 2: Ja, nee nee nee, niet zo vlug, heren. De afzonderlijke bouwstenen van Kwentis' redenering zijn, op zijn manier bekeken, reëel, al zou het mij niet moeilijk vallen zijn feiten hier en daar wat zuiverder te stellen. Zo heb ik bijvoorbeeld de heer Kwentis niet bedreigd met Familieblaam. Hoe zou ik kunnen? Ik heb alleen gezegd dat ik niemand in Kwentis' positie aan Familieblaam zou willen blootstellen. Kwentis, wees zo goed dit even te bevestigen.
Kwentis: Ja, zo werd het gesteld, maar ik voelde...
Sheerin 2: Je voelde? Een man van Afweer voelt niet, Kwentis, hij denkt. (kucht) Zeker, deze jongeman heeft een menigte feiten gerangschikt tot een min of meer logisch geheel. Maar is zijn constructie juist?
Kwentis: Maar dat is ze, dat is niet weg te redeneren!
Sheerin 2: Ik heb je laten uitpraten, Kwentis. Bewijs mij thans dezelfde beleefdheid, hai? Voor mij leveren Kwentis' feiten eveneens een logische constructie, en misschien vollediger, omdat Kwentis een pijler waarop zij rust is ontgaan. Namelijk, zijn eigen persoon. Wat is Kwentis? Mm, zonder twijfel een Pentaan, hai? En loyaal. En tevens een romanticus. Bezig te zoeken naar het lek in de Afweerdienst, zie ons falen.
Op dit fundament heeft hij met behulp van een aantal gegevens die hij meestal niet persoonlijk maar bij derden heeft opgevangen een met recht duizelingwekkende constructie opgetrokken, alles modellerend tot het paste in een eh... romantisch scenario voor een sensationele film. "Hoofd van de contraspionage blijkt Skrypol-spion ontmaskerd door jonge veelbelovende assistent." U ziet voor welke verleiding Kwentis is bezweken. De gevaarlijkste verleiding in een vak als het onze: gevoelsmatig denken. Een eerzuchtig jongmens, ofschoon onervaren, probeert lauweren te behalen op eigen houtje.
Tréponets: Ja, maar luister 'ns even, Sheerin.
Sheerin 2: Ja ja, dat dat zo is, kan ik u gemakkelijk aantonen.
Kwentis: (protesteert)
Sheerin 2: Ja, het spijt me voor je, Kwentis, maar niet ik heb het zo ver laten komen. In zijn onbezonnenheid heeft Kwentis in de tijd dat ik herstellende was aangepapt met een zogenaamde handelsreiziger, Bortal, die beweerde dat hij papieren van een met name genoemde in Skrya geïsoleerde agent van Vaani Sotar aan hem, Kwentis, kon overbrengen.
Kwentis: (protesteert)
Sheerin 2: Ja ja, ze wilde verkopen, om het precies te zeggen. Dat die Bortal dezelfde was als Boratis, vermoedde ik al gauw. Ik manoeuvreerde Boratis uit ons net, en loodste hem naar Kwentis, met wie ik hem onverwacht confronteerde, waarop beiden door de mand vielen. Ik had Kwentis willen redden.
Kwentis: Ja, en hoe.
Sheerin 2: Zwijg, asjeblief, Kwentis. Het gaat mij nu niet om Kwentis' loyaliteit, die voor mij overigens vaststaat, noch om zijn onbezonnenheid, die - tegen mijn bedoeling in - voor iedereen is komen vast te staan, maar om deze vraag, Kwentis, die jij nu mag beantwoorden, namelijk: waarom je geen gebruik hebt gemaakt van je toegang tot de dossiers van Vaani Sotar teneinde Bortals verhaal over die in Skrya geïsoleerde agent eens te controleren. Waarom niet? Antwoordt me, Kwentis. (instemming van de Staf)
Kwentis: Ik... ik... Wat die Bortal me vertelde... Ik had geen reden tot twijfel!
Sheerin 2: Dank je. Ik zal zijn antwoord even vertalen. Aldus: Kwentis wilde het verhaal geloven. Waarom? Omdat het zo mooi paste in een ander filmscenario: "Kwentis, de Afweer-agent", of als krantenkoppen: "Jonge beambte speelt beslissende rol in een spionageaffaire. Vaani Sotars dienst geklopt door kordate Afweer-assistent."
Vaani Sotar: Kwentis! Jij doorgedraaide ezel! Dat je mij vliegen probeert af te vangen is nog dat, maar dat je niks hebt geverifieerd! Niks! En jij, Sheerin, wil me die vent verkopen!?
Sheerin 2: (lacht) Terugverkopen, Vaani.
Vaani Sotar: Bij alle Pentaanse stanen , maar dat is toch...
Sheerin 2: Nou, wind je nou toch niet op, Vaani, ik kende toch die poets die jij me had gebakken: iemand bij me te stoppen om op de hoogte te blijven wat mijn Afweer-bureau zoal ondernam, hai? (gelach)
Vaani Sotar: Ai ai ai, dat weet je? En daarom...
Sheerin 2: En eh... overigens heb ik al lang een vent bij je zitten, hoor, die voor mij precies hetzelfde doet als Kwentis voor jou. (gelach)
Vaani Sotar: Maar... dan bedoel je Peerix?
Sheerin 2: Ja, ja, ouwe schelm. Alleen is Peerix iemand met meer oordeelsvermogen dan jouw presentje. Beleefd terug aanbevolen. (gelach)
Sheerin 2: Ik had de slag gewonnen. Gewonnen, en ik schaamde mij. Kwentis, aan hem had ik alles te danken, en ik had 'm moeten breken. Ik hoorde Bérlamon zeggen:
Bérlamon: Nu, dat is dan wel zo'n beetje dat, vindt u ook niet, generaal?
Tréponets: Tja... spijtig blijft het dat het... dat van dat soort dingen altijd iets blijft hangen.
Kwentis: En toch... toch... toch ben ik er zeker van...
Bérlamon: Kwentis' mening is niet meer belangrijk.
Tréponets: Ja ja ja, maar in zaken als deze, Bérlamon, is de mening zelfs van één man belangrijk. Heb je er bij stilgestaan, Kwentis, dat juist een crisis als deze door Skrypol kan zijn uitgelokt?
Kwentis: Dat... meent u niet, generaal.
Bérlamon: Naar mijn mening is Kwentis loyaal, hoogstens misbruikt, generaal Tréponets.
Tréponets: Even zo goed, Bérlamon, moeten we Kwentis ondermeer overtuigen van zijn vergissing. Ondermeer.
Sheerin 2: Het liep mij koud over de rug. Tréponets zag verder, maar... in de verkeerde richting, en zijn wantrouwen jegens Kwentis bracht hem nu tot iets dat ik tot elke prijs had willen omzeilen.
Tréponets: En voor u, meneer Sheerin, steekt er niets beledigends in. Als u mee wilt werken, dan is het voldoende uw vingerafdruk hier even te nemen. Bérlamon zal die dan vergelijken met de geheime dactyloregistratie van het personeelsbureau. Daar hebben we in elk geval de echte, hai?
Sheerin 2: Er bestaat niet zoiets als "een beetje" in de afgrond te storten, of "een weinig" te worden ontmaskerd. Ik besloot met ere onder te gaan. Bérlamon hielp mij, rechts van mij staande, de top van mijn rechter wijsvinger losjes over een stempelkussen te wentelen. Daarna herhaalden wij de beweging op een stuk wit papier uit Lielées blocnote. Ik had mijn doodvonnis met mijn vingerafdruk ondertekend. De vergadering was afgelopen.
Op de terugweg zwegen we. Lielée keek naar buiten, ze zei niets. Terug op het bureau opende ik de afgesloten binnendeur, betrad het bekende vertrek voor het laatst, want nu werden de afdrukken vergeleken. Skrypol had mij als Pentaan gehersenspoeld, een ander geheugen gegeven, een nieuw verleden, een nieuwe naam, nieuwe handtekening, maar... nieuwe vingerafdrukken, die van mijn corrupte voorganger, die kon niemand mij geven.
De reactie op de voorbije uren zette nu in. Mijn knieën begonnen te trillen en daardoor bemerkte ik niet aanstonds dat er iets met Lielée gebeurde. Ze stond tegen de deurpost geleund, doodsbleek. Ze probeerde zich ergens aan vast te houden. Lielée was bezig...
Sheerin 2: Lielée! Lielée, kind, je valt flauw! Hier, kom mee, hier, hier, ga zitten, ga zitten. Zo. Wacht even, wacht even. Hier, zo. Een glas water.
Lielée: Ja... Dank je.
Sheerin 2: Ze keek mij aan, over het glas, met grote grijze ogen. Ik wist... zo kon ik niet uit haar leven gaan, zo... na wat ik haar vriend Kwentis had aangedaan. Lielée bleef me aanzien, en er gebeurde iets verbijsterends. Langzaam vulden haar ogen zich met tranen.
Sheerin 2: Ja, Lielée, ik... ik moest het Kwentis aandoen. Ik kon niet anders, Lielée. En nu heeft ie toch gewonnen. Ja, en... ik... ik ben er bijna blij om.
Lielée: Waarom?
Sheerin 2: Om jou, Lielée. Ik wil niet zo uit je leven gaan, als een eerloze schoft die je dit allemaal heeft aangedaan.
Lielée: Je... je het me niets aangedaan. Ik... ik deed het zelf.
Sheerin 2: Wat? Je wist, Lielée... je wist dat ik... dat ik een ander was?
Lielée: Ja. Sinds die avond wist ik het.
Sheerin 2: En waarom, Lielée, heb je 't niet verteld?
Lielée: Ik heb zo ontzettend in angst gezeten, zo verschrikkelijk.
Sheerin 2: Om Kwentis, Lielée? Om hem? Waarom heb je dan gezwegen?
Lielée: Om... omdat ik van je hou.
Sheerin 2: Oh.... Lielée... kleine, kleine Lie...
Lielée: Hoe anders klinkt het als jij het zegt. Terwijl ik jouw echte naam zelfs niet weet.
Sheerin 2: Ik wenste één ding, Lielée, dat ik die naam op een ogenblik als dit zelf wist. Die Antau! Wat ik in zijn naam heb aangericht...
Lielée: Jij bent niet schuldig. Jij bent een goed mens. Oh, wat hebben ze met je gedaan, liefste?
Sheerin 2: Lieveling.
Lielée: Wat hebben die ellendelingen je aangedaan? Ik... ik hou zo ontzettend van je.
Sheerin 2: Lieve Lielée...
Lielée: Je vingerafdrukken!
Sheerin 2: Ja?
Lielée: Die vergelijken ze nu. Je moet vluchten! Misschien kan het nog, misschien, als... als je dat gehoorapparaat wegstopt en je haar anders kamt...
Sheerin 2: Nee nee nee, Lielée, wacht... Trouwens, dat gehoorapparaat heb ik helemaal niet meer nodig, het is een... het is een zender.
Lielée: Een...
Sheerin 2: Stil, stil, stil. Wacht 'ns....
Sheerin 2: Want ik werd mij nu pas bewust van een zachte zoemtoon in mijn oor, een toon die reeds geruime tijd moest hebben geklonken. Ik drukte het rode knopje in.
Sheerin 2: Ja?
Lielée: Wat doe je? Met wie praat je?
Sheerin 2: Even, even, even, even, Lielée... Ja?... Hè?... Nee, daar is niets meer aan te doen, jullie hebben een fout gemaakt.... Ja?... Ja, wat? Herhaal het! Herhaal het, wil je?... Ja!!... Oh... simpel...
Sheerin 2: Ik liet Lielée los en ging zitten in de grote armstoel waaruit ze was opgestaan. Ik verborg mijn gezicht in mijn handen. Daar zat ik, bevend van hoofd tot voeten.
Lielée: Dat was Skrypol?
Sheerin 2: Hè?
Lielée: Die ellendelingen. Die hebben dus ook al losgelaten.
Sheerin 2: Nee, dat niet precies, Lielée.
Lielée: Kwentis was het er alleen maar om te doen om mij te krijgen om promotie en rang... al werd je er hoe dan ook uitgewerkt.
Sheerin 2: Nee, dat geloof ik niet, Lielée. Maar als je gelijk hebt, wel, dan staat Kwentis nu voor de verrassing van zijn leven.
Lielée: Wat hebben ze je gezegd? Door dat ding?
Sheerin 2: Skrypol had meer relaties dan ik dacht. Mijn vingerafdrukken konden ze niet wijzigen, maar wel de exemplaren in het dactyloscopisch archief vervangen door de mijne.
Lielée: Gered?
Sheerin 2: Ja!
Lielée: Je... je bent gered?
Sheerin 2: Ja!
Lielée: Wij zijn gered! En... wat nu? Wat moeten we doen?
Sheerin 2: Ik ben een Pentaan, hoofd van de Afweer tegen Skrya, en Skrypol weet niet beter.
Lielée: Je gaat werken tegen Skrypol?
Sheerin 2: Ik zal ze spitten in een kuil zo diep dat geen hond ze ooit nog kan opgraven. (zoemer) Ah, wacht. Telefoon. (schakelt in - kucht)
Tréponets: Tréponets hier. Wel, de zaak is tot tevredenheid opgehelderd, Sheerin.
Sheerin 2: Ach, uw stem klinkt meer dan tevreden, generaal.
Tréponets: Ja. Omdat ik als soldaat jou als burger een vlieg heb kunnen afvangen: Kwentis. Er zat meer achter 'm dan je dacht.
Sheerin 2: U... u bedoelt, generaal... Wat?
Tréponets: Ik vermoedde dat direct,ja. Dus gelijk met de controle van die vingerafdruk gaf ik een spoedopdracht tot huiszoeking.
Sheerin 2: Wat? Bij wie? Bij Kwentis?
Tréponets: Ja. Het zal je geloof in mensen wel schokken, vriend, maar we vonden een briefje. Kwentis wist wel degelijk wie Bortal was. Kwentis zit nu in het huis van bewaring. Wellicht niet bang voor Familieblaam, maar stellig voor het hennatouw. Wel, ik heb nog meer te doen. Leef lang.
Sheerin 2: Leef lang, generaal. (schakelt uit)
Lielée: Kwentis? Maar dat kan niet!
Sheerin 2: Je ziet, Skrypol werkt grondig. Ze schaduwen hem al lang, zagen hem vanmorgen naar de Staf gaan, wisten genoeg en grepen in.
Lielée: Je bedoelt dat ze opzettelijk een compromitterend briefje bij 'm hebben neergelegd, zodat de mensen van generaal Tréponets het moesten vinden?
Sheerin 2: Ja, kinderspel.
Lielée: Skrypol... Ze weten toch letterlijk alles.
Sheerin 2: Nee, liefste, niet alles. En zeker niet wat we nu gaan doen.
Lielée: Kwentis eruit halen?
Sheerin 2: Ja, en vanavond nog, voor hij naar de federale gevangenis wordt gebracht, want daar kan niemand hem meer redden.
Lielée: Ja, maar hoe? Op onze mensen is niet te rekenen, voor hen is Kwentis een misdadiger. Op... op jou, nou ja, Skrypol...
Sheerin 2: Evenmin. Wacht, ik heb twee lui nodig die met geen van beiden te maken hebben gehad en betrouwbaar zijn. Maar wie?
Lielée: Ik heb twee broers. Voor mij doen ze alles.
Sheerin 2: (lachje) Lielée, je bent een schat. En nu aan het werk. De truc is kinderlijk eenvoudig. 't Gaat zo: je broers komen met een zwarte auto, gekleed als agenten, zwart, netjes, bolhoeden enzovoorts. Ik zorg voor legitimatiebewijzen. Die heb ik bij dozijnen. En een vervalst opvorderingsbevel. De Afweerdienst wenst de gevangene te verhoren. Hai?
Sheerin 2: Ja, hier stoppen, vlak voor het gebouw. Ik blijf in de wagen.
Man: 't Is me een job.
Man: Wat onze zus in die kerel ziet...
Sheerin 2: Nou, genoeg voor jullie om te kunnen begrijpen dat hij onschuldig is. Ik kan het bewijzen, maar ik heb geen tijd. Tijd heb ik niet.
Man: Nou, mij best. Hebt u het opvorderbewijs?
Sheerin 2: Jazeker. Hier. En jullie legitimaties, of wat ervoor moet doorgaan.
Man: Mooi.
Sheerin 2: Nou, geen angst, hoor. Ze slikken het. Hier, en nog een dubbele handboei. Jullie beiden tekenen het register, stapt met 'm weg, niets eenvoudiger.
Sheerin 2: Het was eenvoudig. Na vier minuten kwamen ze terug met Kwentis tussen zich in. In het donker van de auto herkende hij me niet.
Kwentis: Dus eh... nou word ik verhoord. Door jullie?
Man: Hou je mond.
Man: Hier stoppen maar.
Man: Ja. (auto vertraagt en houdt halt)
Man: (de mannen stappen uit) Leef lang. En de groeten. (slaat het portier dicht)
Kwentis: Wat eh... waar gaan ze naartoe?
Sheerin 2: Naar huis, Kwentis.
Kwentis: Wie? La... laat me uw gezicht zien.
Sheerin 2: Ik zou wel oppassen, Kwentis. De sleutel van je handboei kan ik ook in het donker vinden. (opent het slot) Zo.
Kwentis: U bent.. Sheerin?
Sheerin 2: Nee, niet Sheerin. Een Pentaniër, door Skrypol ontvoerd, met een vals geheugen en met een schuld van dankbaarheid aan een voormalige assistent die me dat vanmorgen heeft duidelijk gemaakt.
Kwentis: Daarom redt u mij? Maar... wat wint u ermee?
Sheerin 2: Mm? Tijd, Kwentis, om te herstellen wat ik als Skrypol-agent heb aangericht.
Kwentis: Met mij uit het bewaringshuis te halen neemt u een nieuw risico.
Sheerin 2: O ja? Welk risico? Wie zal er menen dat jouw ontsnapping in mijn belang is?
Kwentis: Natuurlijk! Alleen, ze zullen me zoeken, overal.
Sheerin 2: Niet waarheen ik je ga sturen, namelijk naar Meelikor.
Kwentis: Wat zeg u nou?
Sheerin 2: Jazeker, luister. Hier heb ik een envelop met identiteitsbewijzen.
Kwentis: Ja.
Sheerin 2: Zoveel je d'r nodig hebt. En geld en instructies. En hier, een revolver.
Kwentis: Meelikor... (lachje) De enclave! Wat... wat moet ik daar doen?
Sheerin 2: Hè? Meehelpen, als je wilt, om iets van de situatie te redden. Ik heb als voormalig Skrytisch patriot een sleutelagent moeten smokkelen hier in het zendergebouw te Yalo. Ik zou 'm kunnen laten arresteren, maar dan begrijpt Skrypol waar ik nu sta. Maar ik kan iets anders doen: hem neutraliseren.
Kwentis: Maar zou dat nou...
Sheerin 2: Nee, luister. luister. Zijn werkelijke taak bij de komende Skrytische veldtocht is mij vanmiddag plotseling heel duidelijk geworden: de regeringszender moet worden opgeblazen.
Kwentis: Maar wat heeft dat voor zin, bij... bij een bliksemaanval?
Sheerin 2: Luister, de zin, geloof me, ik heb me al die tijd suf d'r over gepeinsd. Een beetje militair nut van zo'n opblaaspartijtje rijmde niet met de onevenredige moeite die Skrypol heeft genomen om hun agent dat zendercomplex binnen te smokkelen. Maar dit alles wordt plotseling helder als we uitgaan van de volgende hypothese, namelijk, dat een Skrytische zender de taak van de Yaloose zender onmiddellijk zal overnemen.
Kwentis: Skrytische zender... van achter het Scheidingsgebergte? (lachje) Da's veel te zwak.
Sheerin 2: Ja, juist. Dus kunnen ze een werkelijke krachtzender alleen maar bouwen op het Meelikorplateau, en Meelikor - hoewel technisch een deelstaat van Pentanië - is in wezen een vazal van Skrya. Jouw taak nu, Kwentis, zal zijn uit te vinden of daar zo'n zender is gebouwd. En zo ja, waar hij staat.
Kwentis: Goed, maar begrijpen doe ik het niet. Wat kan Skrya willen uitzenden op de Yaloose golflengte? Een beetje propaganda?
Sheerin 2: (lachje) Heel wat anders, Kwentis, heel wat anders! Daarom kan de uitkomst van jouw onderzoek de meest verstrekkende gevolgen hebben. Onderweg kun je daarover nadenken, want ik moet nu gaan. Ik mag niet al te lang zoek zijn, hai?
Sheerin 2: Ik reed na een verwisseling van auto's naar huis, voor het eerst met een gevoel van opluchting. Ik had een definitieve stap gedaan. De meest verstrekkende gevolgen, mijn profetie aan Kwentis was eigenlijk wel wat te nonchalant gedaan... Dacht ik. Maar... hoe kon ik op dat ogenblik vermoeden welk een lawine van gebeurtenissen met deze kleine stoot in beweging was gebracht, hoe ze zou toenemen en de berg van het noodlot met donderend geweld zou afrollen en mij in haar loop bijna zou verpletteren?