De pantoffels van meneer Prent
Meneer Prent zit in de trein, moe van het werken, soezend. Dat welverdiende, rustige moment wordt echter plots en zonder voorafgaandelijke verwittiging verstoord door enkele individuen, die men werkelijk niet als "burgers" kan bestempelen.
Ze noemen hem "dikzak", ze sommen hem de zenuwslopende lievelingsbezigheden van een welstandsburger op; ze provoceren meneer Prent met een scherpzinnig vraag- en antwoordspel. Maar hij zwijgt. Waarom laat een ontwikkeld mens zich door die vlegels zo bejegenen?
De rare individuen stappen uit, en nu breekt onder de medereizigers de storm los. Ze vallen Prent aan, die ze voor een lafaard houden. Zijzelf hadden natuurlijk dadelijk, al bij de eerste onbeschaamde opmerking... Ze hadden die gasten tot moes geslagen! Meneer Prents hand schiet plots uit. Nu. Te laat, de vlegels zijn al lang uitgestapt. Of is het toch het juiste moment om toe te slaan?
Ter illustratie een fragment.
De rolverdeling.
| Hans Karsenbarg | Sjors |
| Cees van Oyen | Berrie |
| Joke Hagelen | Janine |
| Willy Ruys | Drs. Edgar Prent |
| Eva Janssen | Z'n vrouw Gerda |
| Tonny Foletta | Passagier |
| Huib Orizand | Passagier |
| Nel Snel | Passagier |
| Auteur: | Herbert Lichtenfeld |
| Vertaling: | Anne Ivitch |
| Regie: | Jan C. Hubert |
| Inspiciënt: | Max Westra |
| Omroep: | VARA |
| Uitzending: | 03-02-1968 |
| Speelduur: | 51 minuten |
| Herhaald op: | 12-02-1972 |
| Genre: | Sociaal |